‘Levens verbeteren gaat niet vanzelf’

Charissa

8.00 uur. Ik liep naar de school. Het grote, grijze gebouw doemde op in de verte, nog wat verscholen achter groene bomen. Ik studeerde Nederlands. Het was mijn eerste stagedag. En ik ging levens veranderen.

Ik dacht mijn eerste stagejaar al twee maanden van tevoren uit. Ik ga lesgeven. Mijn lessen gaan goed. Zo fantastisch goed dat mijn stagebegeleider verbaasd en trots zal zijn. Hij zal toegeven dat ik een natuurtalent ben, vooral in de omgang met leerlingen. Na drie weken zou hij mij zo nu en dan alleen laten tijdens mijn les om een kopje koffie te halen. Na twee à vier weken heb ik een band opgebouwd met mijn leerlingen. Een hechte band. Zo’n “leerlingen blijven na de les twintig minuten hangen, omdat ze graag met mij willen praten”-band. Na drie maanden zou ik een belangrijk onderwerp bespreken met de klas om leerlingen nieuwe inzichten te geven. Ook zou ik rond die periode een heftig gesprek voeren met een leerling, om vervolgens te zien dat die leerling zijn leven betert.

In de praktijk ging het anders. Ik ben geen natuurtalent. Mijn lesplanning ontbrak, leerlingen zaten omgedraaid, hun jas nog aan, druk bezig een videogame te spelen tijdens mijn uitleg en mijn werkplekbegeleider was druk aan rollen met zijn ogen. Ik deed mijn best, maar mijn zelfvertrouwen daalde met de minuut.

‘Willen jullie alsjeblieft even opletten?’

Uiteraard had mijn smeekbode geen nut. En mijn lesbespreking was niet zo positief als gehoopt. Dat voelde ik zelf al aan, maar mijn werkplekbegeleider bevestigde mijn gevoel meteen.

‘Dat was niet zo best, hè. Hoe vond je het zelf gaan?’

‘Nou, ik had het anders verwacht.’

‘Hoe zag jij het voor je dan?’

Ik vertelde hem mijn verwachtingen. Over de goede gesprekken over normen en waarden die ik zou voeren. De verhalen die ik zou vertellen. Leerlingen die aan mijn lippen zouden hangen in plaats van dat ze elkaar haren invlechten. Mijn begeleider knikte bevestigend.

‘Ik snap je, maar dat is nu echt niet aan de orde. Waar jij mee moet beginnen is jouw lesindeling. Werk ondertussen aan de constructive alignment en probeer de roos van Leary uit. Aan het einde van je stage ga je ook nog het CAR-model toepassen. Kortom, nog geen ruimte voor het bewust beteren van het leven van een leerling.’

Die dag kwam er zoveel nieuwe informatie op mij af. Wat was überhaupt een CAR-model? Vandaag, drie jaar later, komt er nog steeds iedere dag nieuwe informatie op mij af. Het bewust beteren van het leven van een leerling probeer ik allang niet meer. Het waarborgen van de veiligheid en het houden van orde in de klas is al een hele prestatie op zich.

Over een aantal jaar zal ik mij meer bewust willen inzetten voor het beteren van levens. Tot die tijd houd ik het bij het correct toepassen van de geleerde theorie. Dat is al een hele prestatie waar ik trots op mag zijn.